Hoe lang WW na vaststellingsovereenkomst?

Als je een vaststellingsovereenkomst tekent, is je eerste zorg vaak: “Behoud ik mijn recht op een WW-uitkering?”. Meteen daarna volgt de tweede, even belangrijke vraag: “Hoe lang duurt die WW-uitkering dan?”. Je staat op het punt je baan te verliezen en de zekerheid van een inkomen via het UWV is van levensbelang. De duur van je WW bepaalt immers hoeveel tijd je hebt om in alle rust een nieuwe, passende baan te vinden. Een vaststellingsovereenkomst en WW zijn onlosmakelijk met elkaar verbonden, maar de regels kunnen ingewikkeld lijken.

Geen zorgen. Dit artikel is jouw routekaart door het landschap van de WW. We leggen je stap voor stap uit hoe het UWV de duur van je uitkering berekent, aan welke voorwaarden je moet voldoen en hoe je ervoor zorgt dat jouw vaststellingsovereenkomst je recht op een maximale WW-uitkering garandeert. Na het lezen van dit stuk weet je precies hoe lang jouw WW duurt en waar je op moet letten om geen dag uitkering mis te lopen.

Wat zijn de basisvoorwaarden voor een WW-uitkering?

Voordat we kijken naar de duur, moeten we eerst zeker weten dat je überhaupt in aanmerking komt voor een WW-uitkering. Het UWV stelt een aantal basisvoorwaarden. Allereerst moet je verzekerd zijn voor werkloosheid, wat voor de meeste werknemers in loondienst het geval is. Daarnaast moet je minimaal 5 uur per week van je werk verliezen en direct beschikbaar zijn voor nieuw werk.

De belangrijkste voorwaarde in de context van een vaststellingsovereenkomst is dat je niet ‘verwijtbaar werkloos’ mag zijn. Dit betekent dat jij niet de schuld mag hebben van je eigen ontslag. Als je zelf ontslag neemt of op staande voet wordt ontslagen, heb je meestal geen recht op een WW-uitkering. Een goed opgestelde vaststellingsovereenkomst zorgt ervoor dat aan deze voorwaarden voor WW wordt voldaan.

Waarom is de opzegtermijn de sleutel tot je WW-uitkering?

Dit is het allerbelangrijkste onderdeel van je vaststellingsovereenkomst als het om je WW-uitkering gaat. Het UWV hanteert namelijk een ‘fictieve opzegtermijn’. Dit is de opzegtermijn die je werkgever had moeten toepassen als hij de arbeidsovereenkomst eenzijdig had opgezegd. Je krijgt namelijk pas een WW-uitkering vanaf de dag dat deze wettelijke opzegtermijn voorbij is.

Stel, jouw opzegtermijn is twee maanden. Als in je vaststellingsovereenkomst een einddatum staat die al over één maand is, dan zal het UWV je uitkering pas na twee maanden laten ingaan. Het resultaat? Je zit een maand zonder salaris én zonder uitkering. Dit financiële gat kan desastreus zijn. Het is dus cruciaal dat de opzegtermijn in de vaststellingsovereenkomst correct is. Tijdens de opzegtermijn heb je nog recht op loon, niet op een uitkering.

Hoe berekent het UWV de duur van mijn WW-uitkering?

De duur van de WW-uitkering wordt bepaald aan de hand van je arbeidsverleden. De basisregel is eenvoudig: voor ieder volledig jaar dat je hebt gewerkt, bouw je één maand recht op WW op. Om hiervoor in aanmerking te komen, moet je voldoen aan de ‘jareneis’. Dit houdt in dat je in de 36 weken voordat je werkloos werd, minstens 26 weken hebt gewerkt (de ‘wekeneis’), én dat je in de laatste vijf kalenderjaren minstens vier jaar hebt gewerkt.

Je arbeidsverleden bestaat uit je daadwerkelijke gewerkte jaren vanaf 1998, aangevuld met ‘fictieve’ jaren. Fictieve jaren zijn de jaren vanaf je 18e verjaardag tot 1998. Het UWV telt al deze jaren bij elkaar op om je totale arbeidsverleden vast te stellen. Dit totaal aantal jaren bepaalt de duur van je uitkering, met een minimum van 3 maanden en een maximum van 24 maanden.

Wat is de minimale duur van een WW-uitkering?

Als je wel aan de ‘wekeneis’ voldoet (26 van de laatste 36 weken gewerkt) maar niet aan de ‘jareneis’ (niet 4 van de laatste 5 jaar gewerkt), heb je toch recht op een uitkering. In dat geval krijg je een basisuitkering. De minimale duur van een WW-uitkering is 3 maanden.

Dit is een belangrijk vangnet voor mensen met een korter arbeidsverleden, zoals starters op de arbeidsmarkt of mensen die een tijd niet hebben gewerkt. Zelfs als je nog maar een half jaar ergens hebt gewerkt, kun je dus al aanspraak maken op een WW-uitkering van 3 maanden, mits je aan de overige voorwaarden voldoet en de vaststellingsovereenkomst correct is opgesteld.

Hoe kan ik een langer recht op een WW-uitkering krijgen?

Om langer recht op een WW-uitkering te krijgen dan de minimale 3 maanden, moet je dus voldoen aan de ‘jareneis’. Zodra je daaraan voldoet, telt je volledige arbeidsverleden mee. Heb je bijvoorbeeld een arbeidsverleden van 15 jaar? Dan heb je in principe recht op 15 maanden WW.

Ben je al wat langer in dienst, dan kan je uitkering dus aanzienlijk langer duren. Vanaf een arbeidsverleden van 24 jaar bereik je de maximale duur van de WW: 24 maanden. Het is dus de moeite waard om je arbeidsverleden goed in kaart te (laten) brengen, zodat je precies weet waar je recht op hebt. Dit is ook belangrijke informatie bij het onderhandelen over de voorwaarden van je vaststellingsovereenkomst.

Hoe hoog is de WW-uitkering die ik uiteindelijk ontvang?

Naast de duur, is natuurlijk ook de hoogte van de WW-uitkering van belang. De hoogte van de uitkering is gebaseerd op je ‘dagloon’. Dit is het loon dat je gemiddeld per dag verdiende in het jaar voordat je werkloos werd. Het UWV berekent dit voor je.

De eerste 2 maanden dat je een WW-uitkering ontvangt, bedraagt de uitkering 75% van dit dagloon. Vanaf de derde maand wordt dit 70% van je dagloon. Het is belangrijk om te weten dat er een maximumdagloon is. Verdien je meer dan dit maximum, dan wordt je uitkering berekend over dat maximale bedrag en zal de uitkering netto dus lager uitvallen dan 70% van je oude salaris.

Wanneer start mijn WW-uitkering precies na het tekenen?

De ingangsdatum van de WW-uitkering is een punt waar veel misverstanden over bestaan. De uitkering start niet direct op de dag na het tekenen van de vaststellingsovereenkomst. De uitkering start pas op de dag nadat de (fictieve) opzegtermijn is verstreken. De einddatum in je overeenkomst moet dus gelijk zijn aan, of later zijn dan, de datum waarop je arbeidsovereenkomst zou eindigen als de werkgever de juiste opzegtermijn had gehanteerd.

Een correcte vaststellingsovereenkomst zorgt ervoor dat je salaris doorloopt tot de correcte einddatum. Direct daarna kan je WW-uitkering naadloos starten. Een fout hierin leidt onherroepelijk tot een periode zonder inkomen. Het is dus van het grootste belang dat de einddatum in de vaststellingsovereenkomst juridisch klopt.

Kan ik mijn recht op een uitkering verliezen door de vaststellingsovereenkomst?

Ja, dat kan absoluut. Een verkeerd opgestelde vaststellingsovereenkomst kan je recht op een WW-uitkering in gevaar brengen. Het UWV gaat je aanvraag weigeren als niet aan de voorwaarden wordt voldaan. De meest voorkomende fouten zijn: de verkeerde opzegtermijn hanteren, niet duidelijk in de overeenkomst zetten dat de werkgever het initiatief voor het ontslag heeft genomen, en niet benoemen dat jou als werknemer geen verwijt treft.

Ook als je een vaststellingsovereenkomst tekent terwijl je ziek bent (en niet bijna 2 jaar ziek bent), loop je een groot risico. Het UWV kan dan oordelen dat je je recht op een uitkering hebt verspeeld omdat je hebt meegewerkt aan je ontslag op een moment dat je niet beschikbaar was voor werk. Laat je overeenkomst dus altijd controleren om zeker te weten dat je recht op een WW-uitkering behouden blijft.

Hoe zit het met de transitievergoeding en mijn WW-uitkering?

De transitievergoeding (of een hogere ontslagvergoeding) die je afspreekt in de vaststellingsovereenkomst staat los van je WW-uitkering. Het is een financiële compensatie voor je ontslag. Deze vergoeding heeft geen invloed op je recht op WW, de hoogte van de WW of de duur van de WW. Je mag deze vergoeding dus volledig houden zonder dat deze wordt verrekend met je uitkering.

De transitievergoeding is bedoeld om de overstap naar een nieuwe baan te vergemakkelijken. Je kunt het geld vrij besteden, bijvoorbeeld als aanvulling op je WW-uitkering, of voor scholing of een outplacementtraject. Zorg er dus voor dat je naast een WW-veilige overeenkomst ook onderhandelt over een goede transitievergoeding.

Waarom is juridisch advies cruciaal voor mijn WW?

Het veiligstellen van je WW-uitkering is een juridisch proces. De vaststellingsovereenkomst moet aan allerlei eisen van het UWV voldoen. Een klein foutje in de tekst, zoals een verkeerde einddatum of een onduidelijke ontslagreden, kan al funest zijn. Het UWV toetst dit streng. Daarom is het geen overbodige luxe, maar een absolute noodzaak om juridisch advies in te winnen.

Een gespecialiseerde jurist controleert je vaststellingsovereenkomst op alle WW-valkuilen. Hij of zij zorgt ervoor dat de overeenkomst ‘WW-proof’ is, zodat het toekennen van een WW-uitkering soepel verloopt. Vaak zijn de kosten voor dit juridisch advies ook nog te verhalen op de werkgever. Neem geen enkel risico met je inkomen en laat je overeenkomst altijd gratis door ons controleren voordat je akkoord kan gaan.

Belangrijkste punten om te onthouden:

  • Opzegtermijn is heilig: De einddatum in je vaststellingsovereenkomst moet de correcte (fictieve) opzegtermijn respecteren om een ‘WW-gat’ zonder inkomen te voorkomen.
  • Duur is afhankelijk van arbeidsverleden: Je bouwt per gewerkt jaar één maand WW op, met een minimum van 3 maanden en een maximum van 24 maanden.
  • De overeenkomst moet WW-proof zijn: Het initiatief voor het ontslag moet bij de werkgever liggen en jou mag geen verwijt treffen. Dit moet duidelijk in de overeenkomst staan.
  • Teken nooit als je ziek bent: Het tekenen van een VSO tijdens ziekte (tenzij je bijna 2 jaar ziek bent) kan je recht op zowel een WW- als een ziektewetuitkering kosten.
  • Ontslagvergoeding staat los van WW: De transitievergoeding die je ontvangt, heeft geen invloed op de hoogte of duur van je WW-uitkering.
  • Win altijd juridisch advies in: Laat je vaststellingsovereenkomst controleren door een expert om er zeker van te zijn dat je recht op een WW-uitkering volledig is gegarandeerd.